Rantsoencheck
door Geiterij® nutritionisten
Er is een direct verband tussen de voeding en de gezondheid van de melkgeit. Naast kwalitatief goed ruwvoer is een juiste dosering aan macromineralen, vitamines en sporenelementen nodig voor een optimale weerstand en stofwisseling. Een rantsoen met tekorten of een overmaat aan een of meer voedingsmiddelen geeft op de korte of lange termijn problemen.
Optimale ondersteuning voor een gezonde productie
Er zijn situaties waarbij het dier extra ondersteuning kan gebruiken om problemen te voorkomen, zoals hittestress. D.m.v zeer geconcentreerde eiwit – en of energierijke producten kan het rantsoen geoptimaliseerd worden.
Hierdoor wordt een uitgebalanceerd rantsoen aangeboden waardoor voedingsstoornissen verholpen of voorkomen kunnen worden.
Ook kunnen dieren ondersteund worden door nutritionele additieven:
- Organische sporenelementen hebben een hoge beschikbaarheid die de uiergezondheid, vruchtbaarheid en klauwgezondheid ondersteunen (Tabel 1). Levende gisten optimaliseren de penswerking en hebben een preventieve werking op pensverzuring.
- Natuurlijke antioxidanten (vitamines) ondersteunen de immuniteit, de uiergezondheid en de darmgezondheid. Het houdt de darmwand gesloten voor ongewenste indringers.
- Middenlangketenvetzuren (MCFA) ondersteunen de immuniteit door een rechtstreekse invloed op de kwaliteit en vitaliteit van de witte bloedcellen (neutrofielen).
- De inzet van een mycotoxinebinder ondersteunt de weerstand en de penswerking. Het gebruik van een buffer werkt preventief tegen pensverzuring.
Tabel 1: Belang sporenelementen op vruchtbaarheid, klauw- en uiergezondheid
Mangaan | Zink | Koper | Selenium | Vitamine E | |
Ontwikkeling follikel | X | X | |||
Bevruchtingspercentage | X | X | X | X | |
Embryonale ontwikkeling | X | X | X | ||
Vitaliteit lammeren | X | X | |||
Aan nageboorte blijven staan | X | X | X | X | |
Celgetal | X | X | |||
Klinische mastitis | X | X | X | ||
Subklinische mastitis | X | X | X | ||
Weerstand / immuniteit | X | X | X | X | X |
Kreupelheid | X |
Mycotoxinecheck
Een mycotoxinebesmetting is een sluimerend gevaar op een geitenbedrijf. Een mycotoxine is een gifstof geproduceerd door een schimmel. Deze mycotoxinen kunnen tijdens de veldperiode of in de kuil gevormd worden. Een besmetting kan zich uiten in een lagere melkproductie, verminderde vruchtbaarheid en een verminderde weerstand. Bij verdenking van een mycotoxine besmetting kunt u een mycotoxinecheck laten uitvoeren. Hierbij wordt de kuil en het rantsoen beoordeeld. Ook kunt u bij verdenking van een mycotoxinebesmetting gedurende vier weken FarmPEQ MycControl inzetten. Ziet u in deze testperiode de productie stijgen, de mestconsistentie verbeteren en de geiten actiever worden dan zijn mycotoxinen de boosdoener geweest.
Seleniumcheck
Ondanks het feit dat een geit effectief omgaat met selenium kan het voorkomen dat er een selenium tekort is op uw bedrijf. Selenium is een belangrijk element in het rantsoen dat zorgt voor een goede weerstand en vruchtbaarheid. Geiten met een seleniumtekort zijn gevoeliger voor infecties zoals uierontsteking en lopen een groter risico op baarmoederontsteking.
De seleniumstatus van uw bedrijf kunnen we achterhalen door middel van een tankmelkmonster. Naar aanleiding van de uitslag kan een gerichte strategie worden gestart om de seleniumstatus te optimaliseren.
Rantsoencheck
Naast bovengenoemde checks is het ook mogelijk om onze nutritionisten een rantsoencheck uit te laten voeren. Hierbij controleren we of het berekende rantsoen ook daadwerkelijk gevoerd wordt. Dit voorkomt dat het rantsoen enkele malen bijgesteld moet worden en de geiten tussentijds zakken in productie. Met een rantsoencheck heeft u grip op het gevoerde rantsoen.